Tamsin Calidas is een dertiger met een baan in de media, die in de hippe Londense wijk Notting Hill woont. Niks bijzonders. Tot zij en haar man besluiten hun leventje in de stad te verruilen voor het ruige en onbekende van een klein Schots eiland in de Hebriden. Ze gaan er schapen fokken. Landelijk, rustig en idyllisch, is het beeld dat ze voor ogen hebben. Weg van het eeuwige jachtige. Maar wanneer de eerste betovering is verbroken, blijkt het allerminst idyllisch. De gesloten eilanders zitten helemaal niet te wachten op de komst van zo’n stel stedelingen, het kind waarnaar ze verlangden komt maar niet, het weer is onstuimig en het leven zwaar. Hun huwelijk overleeft de storm niet en loopt op de klippen. En dat is nog maar het begin van de pure, bittere ellende die Calidas zal moeten doormaken. Armoede, een traumatisch verlies en ziekte stellen haar op de proef en het onherbergzame land brengt zijn eigen uitdagingen met zich mee. Naarmate de tijd verstrijkt verliest Calidas zich meer en meer in het landschap om haar heen, en het is precies die natuur die verlossing brengt. Calidas trekt alle registers open in dit rauwe, openhartige boek, dat een ode brengt aan het menselijke overlevingsinstinct en barst van de prachtige beschrijvingen van die wilde wereld. Ik ben een eiland is een verhaal over het buitengewone vermogen van de natuur om, wanneer je alles verloren hebt, in je behoeften te voorzien. Een magnifiek boek over eenzaamheid, veerkracht en zelfontdekking.